eidereend

Nederlands

Uitspraak

Geluid: eidereend (hulp, bestand)
IPA: / ˈɛidərˌent / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

ei·der·eend

Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van eider zn en eend zn ^[1]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	eidereend	eidereenden
verkleinwoord	eidereendje	eidereendjes

Zelfstandig naamwoord

de eidereend v / m

(eendvogels) bepaald soort zeevogel, Somateria mollissima , leverancier van het dons in dekbedden en kussens

Synoniemen

eider, eidergans

Vertalingen

1. bepaald soort zeevogel, Somateria mollissima

Afrikaans: eidereend ^(af)
Deens: edderfugl ^(da) m
Duits: Eiderente ^(de) v, Eidergans ^(de) v
Engels: eider ^(en)
Frans: eider à duvet ^(fr)
IJslands: æðarfugl ^(is)

Noors: ærfugl ^(no) m
Noors: ærfugl ⁽ⁿⁿ⁾ m
Oudnoords: ǽðr v
Portugees: eider-edredão ^(pt)
Spaans: eider común ^(es) m, pato de flojel ^(es) m

Gangbaarheid

Het woord eidereend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eidereend" herkend door:

64 %	van de Nederlanders;
32 %	van de Vlamingen.^[2]

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

↑ eidereend op website: Etymologiebank.nl
↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Afrikaans

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	eidereend	eidereende

Zelfstandig naamwoord

eidereend

(eendvogels) eidereend

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.