eierkrans

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eierkrans    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɛijərˌkrɑns/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ei·er·krans
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eierkrans eierkransen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deeierkransm

  1. (anatomie) vrouwelijk orgaan dat de onbevruchte eicellen bevat
Synoniemen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord eierkrans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
72 %van de Nederlanders;
76 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.