erfelijkheidsleer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: erfelijkheidsleer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- er·fe·lijk·heids·leer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van erfelijkheid zn en test zn met het invoegsel -s- [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | erfelijkheidsleer | |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de erfelijkheidsleer v / m
- wetenschap die de overerving van eigenschappen van de ene naar de volgende generatie onderzoekt
- ▸ De resultaten van het erfelijkheidsonderzoek zijn bekendgemaakt door Nederlandse onderzoekers op een congres over erfelijkheidsleer in Canada.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord erfelijkheidsleer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Oudste mens had bijzondere genen” (Zaterdag 15 oktober 2011, 13:44), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.