gipsafval

Niet te verwarren met: afvalgips

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gipsafval    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɣɪpsɑfɑl/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • gips·af·val
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gipsafval -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetgipsafvalo

  1. (bouwkunde) hoofdzakelijk uit calciumsulfaat bestaand bouwafval, zoals resten van platen, blokken en pleisterwerk
     Gipsafval behoort tot bouw- en sloopafval. Het gipsafval (gipspoeder, gipsplaten, gipsblokken) moet vrij van grotere verontreinigingen zijn, want deze vermengen zich met het gipsmateriaal.[1]
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'gipsafval' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Gearchiveerde versie “Alles over gips” op rova.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.