graslelie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: graslelie (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- gras·le·lie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gras zn en lelie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | graslelie | graslelies grasleliën |
verkleinwoord | graslelietje | graslelietjes |
Zelfstandig naamwoord
de graslelie v / m [1]
- (bloemplanten) een geslacht Anthericum uit de aspergefamilie (Asparagaceae ). Het geslacht kent zo'n 65 soorten. Ze behoren tot dezelfde onderfamilie waartoe ook de agaven behoren. De 65 soorten komen hoofdzakelijk in de tropen voor. In Noordwest- en Midden-Europa komen twee soorten voor
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Gangbaarheid
- Het woord 'graslelie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.