gunstkoopje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gunstkoopje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɣʏnstkopjə/ (3 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /χɵnstkopjə/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ɣɵnstkopjə
Woordafbreking
  • gunst·koop·je
enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord gunstkoopje gunstkoopjes

Zelfstandig naamwoord

hetgunstkoopjeo dim. tant.

  1. (handel) iets wat men voordelig koopt
    • Die wagen was werkelijk een gunstkoopje 
Antoniemen
Verwante begrippen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord gunstkoopje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
45 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.