homozygoot

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  homozygoot    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhomoziˌgot/
Woordafbreking
  • ho·mo·zy·goot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord homozygoot homozygoten
verkleinwoord homozygootje homozygootjes

Zelfstandig naamwoord

dehomozygootv/m

  1. (biologie) een (diploïd) organisme dat slechts één allel van een gen heeft
    • Deze homozygoot heeft rode bloemen. 
Antoniemen
Vertalingen
stellend
onverbogen homozygoot
verbogen homozygote

Bijvoeglijk naamwoord

homozygoot

  1. (biologie) in het bezit zijnde van slechts één allel van een gen bij een (diploïd) organisme
    • Die bloem is homozygoot voor het gen dat voor rode bloemen codeert. 
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord homozygoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
56 %van de Nederlanders;
69 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.