kajuit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kajuit    (hulp, bestand)
  • IPA: /kaˈjœyt/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ka·juit
Woordherkomst en -opbouw
  • van Middelnederlands kayhute, in de betekenis van ‘passagiersverblijf op boten’ als laatste deel van voorkayhute aangetroffen vanaf 1455; de verdere herkomst is onzeker [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord kajuit kajuiten
verkleinwoord kajuitje kajuitjes

Zelfstandig naamwoord

dekajuitv/m

  1. overdekte gemeenschappelijke verblijfplaats op schepen
    • De kajuit was voorzien van een kachel voor de koudere tijden. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kajuit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.