kerststol

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kerststol    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkɛr(st)stɔl/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈkɛr.stɔɫ/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛr.stɔɫ/
    • (Limburg): /ˈkɛr.stɔl/
Woordafbreking
  • kerst·stol
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerststol kerststollen
verkleinwoord kerststolletje kerststolletjes

Zelfstandig naamwoord

dekerststolm

  1. (voeding) (kerst) een speciaal brood gebakken voor de kerst gevuld met noten, vruchten en spijs
    • Op kerstavond bakken zij altijd een kerststol. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kerststol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
56 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.