klootzak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  klootzak    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈklotsɑk/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • kloot·zak
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘scheldwoord’ voor het eerst aangetroffen in 1908 [1]
  • samenstelling van  kloot zn  en  zak zn 
enkelvoud meervoud
naamwoord klootzak klootzakken
verkleinwoord klootzakje klootzakjes

Zelfstandig naamwoord

deklootzakm

  1. balzak, scrotum
  2. (scheldwoord) een vervelende man (die iemand of een groep mensen een gemene streek heeft geleverd)
    • Vliegen sloopt het klimaat, vlees eten is zielig en je bank financiert de wapenhandel. We weten het, maar handelen er niet naar. Omdat we nu eenmaal klootzakken zijn [2] 
    • De Duitsers antwoordden. Aan Franse zijde duurde het niet lang of iedereen had zich verzameld. Ze zouden die klootzakken hun vet eens geven. Het was 2 november 1918. Het was nog niet bekend, maar de oorlog zou nog minder dan tien dagen duren. [3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord klootzak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.