krasi

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  krasi    (hulp, bestand)
  • IPA: /krasi/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • kra·si
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

krasi

  1. (straattaal) (seksualiteit) belust op seks
    • Die jongen maakt me echt krasi. 
     Die libi die ik leef maakt me krasi.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'krasi' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Gearchiveerde versie
    Equalz
    “Kaki” (2019) op lyrics.com

Surinaams

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • kra·si
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

krasi

  1. agressief, wild, razend
  2. fel, heet
  3. onstuimig
  4. (seksualiteit) geil, wellustig
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1] kras'meti

Werkwoord

  1. krassen, krabben
  2. jeuken, kriebelen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1] krasi ede
  • [1] krasi-ede
  • [2] krasiwiri
  • [2] kraskrasi
  • [2] kras'mira
  • [1] kras'todo
Uitdrukkingen en gezegden
  • [1] ede krasi
    intelligent zijn;
Overerving en ontlening
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.