leestafel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leestafel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lees·ta·fel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord leestafel leestafels
verkleinwoord leestafeltje leestafeltjes

Zelfstandig naamwoord

deleestafelv/m

  1. (meubel) tafel om aan te lezen
    • In de bibliotheek staat een grote leestafel waaraan de bezoekers de krant kunnen lezen. 

Gangbaarheid

  • Het woord leestafel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.