maïskolf

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  maïskolf    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmɑɪskɔlf/
Woordafbreking
  • maïs·kolf, ma·is·kolf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord maïskolf maïskolven
verkleinwoord maïskolfje maïskolfjes

Zelfstandig naamwoord

demaïskolfv/m

  1. (plantkunde) (landbouw) (voeding) aar van maisplant
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord maïskolf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.