marters

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  marters    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • mar·ters
Woordherkomst en -opbouw
  •  marter zn  met de uitgang -s
enkelvoud meervoud
naamwoord marters
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

demartersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord marter
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (roofdieren) geslacht Martes , dat bestaat uit slanke roofdieren uit de familie der marterachtigen (Mustelidae )
    Er zijn acht soorten in drie ondergeslachten. Twee soorten, de boommarter en de steenmarter, komen ook in de Benelux voor
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
  • marterachtig, marterbont, marterhaar, marterhond, marterkat, marterpenseel, marterspoor, martervel
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord marters staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.