otter

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  otter    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ot·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord otter otters
verkleinwoord ottertje ottertjes

Zelfstandig naamwoord

deotterm

  1. (roofdieren) benaming voor zoogdieren uit het geslacht Lutra 
    1. bepaald soort zoogdier, Lutra lutra , een marterachtige met zwempoten en een donkere dichte bruine vacht
    • Omdat otters grote woongebieden hebben en de dieren veel trekken, is de otter geholpen met goede ecologische verbindingszones. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Uitdrukkingen en gezegden
  • zweten als een otter
heel erg transpireren
  Overdag was het steeds snikheet waardoor ik zweette als een otter. [3] 
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
otteren

otter

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van otteren
    • Ik otter. 
  2. gebiedende wijs van otteren
    • Otter! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van otteren
    • Otter je? 

Gangbaarheid

  • Het woord otter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.