marter

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  marter    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmɑrtər/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • mar·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord marter marters
verkleinwoord martertje martertjes

Zelfstandig naamwoord

demarterm

  1. (roofdieren) benaming voor zoogdieren uit het geslacht Martes , met een lange staart en een meestal bruine pels
Hyperoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord marter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
89 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.