merkteken
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: merkteken (hulp, bestand)
Woordafbreking
- merk·te·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van merk en teken [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | merkteken | merktekens |
verkleinwoord | merktekentje | merktekentjes |
Zelfstandig naamwoord
het merkteken o
- een teken dat ergens op is geplaatst en dat ter identificatie of beloning gebruikt kan worden
- Het dier kreeg een merkteken op zijn lichaam.
Hyponiemen
- loodlijnmerkteken, stroommerkteken
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord merkteken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "merkteken" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.