moordwijf

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  moordwijf    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmortwɛif/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • moord·wijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord moordwijf moordwijven
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetmoordwijfo

  1. (informeel) zeer aantrekkelijke vrouw
     'Dat moet nogal een vrouw zijn.' 'O, meneer Jake, het is een moordwijf. U zou haar eens moeten zien.' 'Dat zal ook wel gebeuren. In de getuigenbank.'[1]
     'Mijn moeder is een moordwijf,' zei Jan. 'Ik gun iedereen zo'n moeder.' 'Moordwijf?' vroeg Zain. Hij kende dat woord niet. 'Een geweldig mens,' zei Jan.[2]
     'Ho, ho, vriend. We hebben het wel over mijn vrouw, hè?' 'Een moordwijf, daar niet van,' zei Santos lachend. 'Maar van lekker eten heeft ze geen verstand.' 'Barbaar.' Grinnikend pakte Santos de menukaart. 'Nou, laten we hopen dat ze niet alleen konijnenvoer serveren.'[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'moordwijf' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “De jury” (2015), A.W. Bruna Uitgevers , ISBN 9789044974140, p. 233
  2. Weblink bron Piratenzoon” (2017), Querido Kinderboek, ISBN 9789045121383, p. 128
  3. Weblink bron
    Erica Spindler
    “Kwaad bloed” (2018), HarperCollins Holland, ISBN 9789402756340, p. 163
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.