novemberweek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  novemberweek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • no·vem·ber·week
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord novemberweek novemberweken
verkleinwoord novemberweekje novemberweekjes

Zelfstandig naamwoord

denovemberweekv/m

  1. (tijdrekening) week in de maand november
    Verwante begrippen

    Gangbaarheid

    • Het woord novemberweek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

    Meer informatie

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.