opzwellen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opzwellen    (hulp, bestand)
  • IPA: /'ɔpsʋɛlə(n)/
Woordafbreking
  • op·zwel·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
opzwellen
zwol op
opgezwollen
klasse 3 volledig

Werkwoord

opzwellen

  1. ergatief in volume toenemen
    • Na die wespensteek zwol zijn wang helemaal op. 
     Al binnen een uur was mijn linkeronderbeen volledig opgezwollen.[1]
     Doordat England onlangs van schoenenmerk was geswitcht begon de wreef van zijn voet na een week gigantisch op te zwellen.[1]
Synoniemen
Uitdrukkingen en gezegden

Opzwellen van trots.

  • Heel erg trots zijn.

Een opgezwollen gezicht.

  • Een dik gezicht.

Opzwellen als een ballon.

  • Dik worden.
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord opzwellen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. 1 2
    Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.