pk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pk
enkelvoud meervoud
naamwoord pk pk's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

depkv/m

  1. (afkorting) paardenkracht

Gangbaarheid

  • Het woord pk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
87 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Limburgs

Uitspraak
  • IPA: /pæːrskrɑx/ (Etsbergs)

Zelfstandig naamwoord

pk m/v

  1. (afkorting) paardenkracht.
Verbuiging
Synoniemen
  • paerskrach
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.