slovo

Slowaaks

Woordafbreking
  • slo·vo
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

slovo o

  1. (taalkunde) woord; spraakklank of betekeniseenheid die bestaat uit minimaal één vrij morfeem en minimaal nul gebonden morfemen


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /slɔvɔ/
  • Geluid:  slovo    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • slo·vo
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

slovo o

  1. (taalkunde) woord; spraakklank of betekeniseenheid die bestaat uit minimaal één vrij morfeem en minimaal nul gebonden morfemen
    «V této větě je devět slov
    Deze zin heeft negen woorden.
    «ASlovo se stalo tělem a přebývalo mezi námi.»
    Het Woord werd een mens en leefde een tijdlang onder ons.
  2. woord; belofte
    «Dal jí své slovo
    Hij gaf haar zijn woord.
Verbuiging
Synoniemen
  1. slib monbezield

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.