sportschoen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sportschoen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sport·schoen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sportschoen sportschoenen
verkleinwoord sportschoentje sportschoentjes

Zelfstandig naamwoord

desportschoenm

  1. (sport), (schoeisel) een schoen die speciaal is gemaakt voor het dragen tijdens sportactiviteiten
     Het enige wat je nodig hebt zijn sportschoenen, een slaapzak, een regenponcho en een kleine rugzak.[1]
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord sportschoen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.