strandbiet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  strandbiet    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • strand·biet
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord strandbiet strandbieten
verkleinwoord strandbietje strandbietjes

Zelfstandig naamwoord

destrandbietv/m

  1. (bloemplanten) Beta vulgaris subsp. maritima  een voorouder van de suikerbiet, voederbiet, snijbiet en rode biet behorend tot de amarantenfamilie
  2. (voeding) de bladeren van de strandbiet [1], gegeten als salade
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord strandbiet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.