wanneer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wanneer    (hulp, bestand)
  • IPA: /wɑˈner/ (2 lettergrepen); /ʋɑ.ˈneːr/
Woordafbreking
  • wan·neer
Woordherkomst en -opbouw
  • van Middelnederlands wanneer, in de betekenis van ‘op het moment dat’ aangetroffen vanaf 1300 [1] [2] [3]
  • Samenstelling van Middelnederlands wan(ne) ‘wanneer’ en eer ‘vroeger’; zie verder wen en eer.[2] Eveneens Nederduits wennehr, wannehr en Fries wannear, hoenear.

Bijwoord

wanneer?

  1. op welke tijd, op welk moment
    • Wanneer komt hij naar huis? 
Vertalingen

Voegwoord

wanneer

  1. op het moment dat
    • Het huis kan verkocht worden wanneer er overeenstemming bereikt is. 
     Ze vertelde me uitgebreid dat ze zo van het hiker season hield, wanneer er talloze mensen (‘…met die heerlijke zweetgeur’) in haar achtertuin verbleven.[4]
  2. telkens als
    • Wanneer ik mosselen eet, word ik ziek. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord wanneer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.