wedstrijdleider

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wedstrijdleider    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwɛtstrɛitˌlɛidər/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • wed·strijd·lei·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wedstrijdleider wedstrijdleiders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dewedstrijdleiderm

  1. iemand die toeziet op een ordelijk verloop van een wedstrijd waarbij men zich houdt aan de spelregels
    • Max Verstappen liet zich tijdens de Grand Prix van Italië ontvallen dat de wedstrijdleiding "het racen om zeep helpt". De Nederlander deed de uitspraak nadat hij te horen kreeg dat hij een tijdstraf van vijf seconden kreeg voor de botsing met Valtteri Bottas. Wedstrijdleider Charlie Whiting maakt zich niet al te druk om de uitspraak van Verstappen. [2] 
  2. organisator van een wedstrijd
    • "Terpstra behoort tot de absolute top en is de ideale combinatie van baan- en wegwielrenner. Hij gaat de strijd aan tegen de beste baanrenners van de wereld, doet mee om de prijzen en laat telkens zien daarmee in goede vorm uit de winter te kunnen komen", lichtte wedstrijdleider Michael Zijlaard toe. [3] 
    • Klaverjassen verliest aan populariteit. De jongere generatie laat de 32 kaarten links liggen. De Kaart Bond Nederland (KBN) zag het aantal aanmeldingen voor de Nederlandse Kampioenschappen steeds verder afnemen. Die teloorgang gaat Kokke als voorzitter van KBN en als wedstrijdleider op het NK aan het hart. [4] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord wedstrijdleider staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.