westen

Niet te verwarren met: Westen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  westen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈʋɛs.tə(n)/
Woordafbreking
  • wes·ten
Woordherkomst en -opbouw
  • erfwoord Ontwikkeld uit een Germaanse ablatief-vorm *westanē “(van)uit het westen”, vergelijk Oudengels westan, Middelengels westen, Duits Westen, Oudnoords vestan. [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord westen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetwesteno

  1. (windstreek) een van de windstreken, die op landkaarten overeenkomt met de linkerkant
    • De zon gaat onder in het westen. 
    • Nederland en België liggen ten westen van Duitsland. 
Synoniemen
Antoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord westen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Achterhoeks

Zelfstandig naamwoord

westen

  1. (windstreek) westen; een van de windstreken, die op landkaarten overeenkomt met de linkerkant

Fries

Zelfstandig naamwoord

westen

  1. (windstreek) westen; een van de windstreken, die op landkaarten overeenkomt met de linkerkant
Verwante begrippen

Nedersaksisch

Zelfstandig naamwoord

westen

  1. (windstreek) westen; een van de windstreken, die op landkaarten overeenkomt met de linkerkant

Sallands

Zelfstandig naamwoord

westen

  1. (windstreek) westen; een van de windstreken, die op landkaarten overeenkomt met de linkerkant
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.