zelfverdedigingssport

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zelfverdedigingssport    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zelf·ver·de·di·gings·sport
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zelfverdedigingssport zelfverdedigingssporten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dezelfverdedigingssportv/m

  1. (sport) vechtsport die voortkomt uit technieken waarmee men zich tegen een aanvalllen kan verweren
     Zijn moeder, die later de politie belde om het incident te melden, prijst haar zoon. ,,Ik ben hartstikke trots op hem. Die zelfverdedigingssport is niet voor niets.[2]
     "Jiujitsu is echt een zelfverdedigingssport, terwijl het bij judo veel meer gaat om techniek", zegt Nijmeijer.[3]
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    Peter van de Stadt
    “Horrorclownjager Luc (14): Ik zou hem zo weer pakken” (10-01-2017), Tubantia
  3. Weblink bron “Judokwai Vriezenveen: 40 jaar judo en jiujitsu” (06-10-2017), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.