černochův

Tsjechisch

Uitspraak

IPA: /tʃɛrnɔxuːf/

Woordafbreking

čer·no·chův

Woordherkomst en -opbouw

Afgeleid van het zelfstandige naamwoord černoch met het achtervoegsel -ův

Bijvoeglijk naamwoord

černochův

negers, neger zijn; eigendom van de neger

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield	vrouwelijk	onzijdig	bezield	onbezield	vrouwelijk	onzijdig
nominatief	černochův		černochova	černochovo	černochovi	černochovy		černochova
genitief	černochova		černochovy	černochova	černochových
datief	černochovu		černochově	černochovu	černochovým
accusatief	černochova	černochův	černochovu	černochovo	černochovy			černochova
vocatief	černochův		černochova	černochovo	černochovi	černochovy		černochova
locatief	černochově / černochovu		černochově	černochově / černochovu	černochových
instrumentalis	černochovým		černochovou	černochovým	černochovými

Verwante begrippen

černoška v
černošský
černoušek mbezield

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.