Adverb

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  Adverb    (hulp, bestand)
  • Geluid:  Adverb    (hulp, bestand)
  • IPA: /atˈvɛʁp/
Woordafbreking
  • Ad·verb

Zelfstandig naamwoord

Adverb o

  1. (taalkunde) bijwoord
    «Neben Wörtern wie „hier“ und „jetzt“ gibt es eine ganze Menge von Adverbien wie z.B. „beispielsweise“ und „verdientermaßen“, die aus Ableitungen entstanden sind.»
    Behalve woorden als "hier" en "nu" is er een grote hoeveelheid bijwoorden, zoals "bijvoorbeeld" en "verdiend", die uit afleidingen ontstaan zijn.
Verbuiging
Afkorting
  • Adv.
Synoniemen
Antoniemen
Hyperoniemen
  • Partikel, Wortart
Hyponiemen
  • Interrogativadverb, Kausaladverb, Kommentaradverb, Konjunktionaladverb, Lokaladverb, Modaladverb, Präpositionaladverb, Pro-Adverb, Pronominaladverb, Relativadverb, Satzadverb, Situierungsadverb
Afgeleide begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.