ID-kaart
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ID-kaart (hulp, bestand)
- IPA: / iˈdekart / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- ID-kaart
Woordherkomst en -opbouw
- gedeeltelijk (initiaalwoord) van identiteitskaart, op te vatten als samenstelling van ID zn en kaart zn , geschreven met een koppelteken volgens spellingregel 6.H
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ID-kaart | ID-kaarten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de ID-kaart v / m
- document waarmee iemand kan laten zien hoe hij als uniek persoon door een autoriteit is geregistreerd
- ▸ Het is belangrijk om te weten of uw ID-kaart is vervallen, omdat een vervallen ID-kaart niet kan worden gebruikt bij instanties.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord ID-kaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “32.000 ID-kaarten gereed voor afhaal”, Dagblad De West
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.