advertentie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  advertentie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ad·ver·ten·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aankondiging in krant e.d.’ voor het eerst aangetroffen in 1785 [1]
  • Naamwoord van handeling van adverteren met het achtervoegsel -entie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord advertentie advertenties
verkleinwoord advertentietje advertentietjes

Zelfstandig naamwoord

deadvertentiev

  1. een aankondiging in een krant, reclameblad, tijdschrift los van de redactionele inhoud
    • Tijdens uitzendingen van commerciële televisie wordt veel advertenties uitgezonden. 
     Een wirwar van kleine advertenties diende zich aan. Haast onleesbare mededelingen waren geselecteerd op categorie en gepropt in een smalle kolom.[3]
     De cliënten stroomden Henning Sjôstrands advocatenbureau dus binnen. Niet alleen omdat hij de bekendste van alle advocaten was, zij het notoir berucht volgens boze tongen, maar ook omdat hij in de pers door middel van advertenties naar cliënten zocht.[4]
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord advertentie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.