bestanddeel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bestanddeel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·stand·deel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bestanddeel bestanddelen
verkleinwoord bestanddeeltje bestanddeeltjes

Zelfstandig naamwoord

hetbestanddeelo

  1. elk van de componenten waaruit iets is samengesteld, opgebouwd of bereid
    • Wij verkopen ingrediënten die zijn samengesteld uit vele bestanddelen. 
    • Groete en fruit zijn belangrijke bestanddelen van een gezonde voeding. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bestanddeel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.