boerengebouw
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: boerengebouw (hulp, bestand)
Woordafbreking
- boe·ren·ge·bouw
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van boer zn en gebouw zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boerengebouw | boerengebouwen |
verkleinwoord | boerengebouwtje | boerengebouwtjes |
Zelfstandig naamwoord
het boerengebouw o
- (bouwkunde) (landbouw) bedrijfsgebouw dat deel uitmaakt van een agrarischbedrijf
- ▸ Weidler zei dat de schilderijen, met de titels 'Boerderij' en 'Boerengebouwen aan de rivier', tussen 23 en 25 april zouden worden geveild. De aquarellen dateren uit 1914, toen Hitler 25 jaar was.[1]
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord 'boerengebouw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron avb“Veiling aquarellen Hitler” (17/04/2009), De Standaard
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.