bokshandschoen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bokshandschoen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- boks·hand·schoen
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van boksen en handschoen [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bokshandschoen | bokshandschoenen |
verkleinwoord | bokshandschoentje | bokshandschoentjes |
Zelfstandig naamwoord
de bokshandschoen v / m
- handschoen die gedragen moet worden tijdens het boksen
- Ze staat zelf op de cover van het laatste nummer: strijdbaar, sterk, bokshandschoenen aan haar handen. Hoda Hamdaoui (Al Hoceima, 1974) begon vijf jaar geleden het eerste lifestylemagazine over Marokkaans-Nederlandse vrouwen: hoda magazine. Ze was zelf altijd al gek op mooie bladen, maar zag nooit zichzelf terug in een glossy. Iedereen was wit. Zij wilde de 80.000 Marokkaans-Nederlandse vrouwen tussen zestien en veertig in Nederland, die bladenmakers links laten liggen, wél bereiken.[2]
Vertalingen
1. handschoen gedragen tijdens het boksen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord bokshandschoen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Sheila Kamerman 15 november 2016
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.