bommelding

Nederlands

Uitspraak

Geluid: bommelding (hulp, bestand)

Woordafbreking

bom·mel·ding

Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van bom en melding

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bommelding	bommeldingen
verkleinwoord	bommeldinkje	bommeldinkjes

Zelfstandig naamwoord

de bommelding v

een mededeling dat er een bom gaat ontploffen
- Bommeldingen blijken in de meeste gevallen vals te zijn.

Synoniemen

bomalarm

Typische woordcombinaties

valse bommelding

Vertalingen

1. een mededeling dat er een bom gaat ontploffen

Duits: Bombenalarm ^(de) m, Bombendrohung ^(de) v
Engels: bomb alarm ^(en), bomb scare ^(en)
Frans: alerte à la bombe ^(fr) m
Italiaans: allarme per bomba ^(it) m, allarme antibomba ^(es) m

Portugees: alerta de bomba ^(tr) v
Spaans: alerta de bomba ^(es) v, aviso de bomba ^(es) m
Zweeds: bombalarm ^(sv) o, bombhot ^(sv) o

Gangbaarheid

Het woord bommelding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bommelding" herkend door:

97 %	van de Nederlanders;
94 %	van de Vlamingen.^[1]

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.