castle

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  castle (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkæs(ə)l/
Woordafbreking
  • cas·tle
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Latijnse woorden castellum, dit is een verkleinvoorm van castrum.
vervoeging
onbepaalde wijs to  castle 
he/she/it  castles 
verleden tijd  castled 
voltooid
deelwoord
 castled 
onvoltooid
deelwoord
 [[castling#Engels|castling]] 
gebiedende wijs  castle 

Werkwoord

castle

  1. onovergankelijk, (schaak) een rokade maken.
  2. overgankelijk, (schaak) een rokade maken.
  3. overgankelijk, (sport), (voetbal) een positie of plaats verruilen (als bij een rokade).
Afgeleide begrippen


enkelvoud meervoud
castle castles

Zelfstandig naamwoord

castle

  1. (bouwkunde) kasteel, burcht, kasteel
  2. (scheepvaart) een klein torentje op een schip
  3. een klein huisje op de rug van een olifant
  4. een privaat refugium, een toevluchtsoord
  5. (schaak) (verouderd) toren
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1] castle church, castle complex, castle dungeon, castle hill, castle moat, castle garden, castle gate, castle ground, castle guard, castle park, castle precincts, castle ruin, castle tower, castle wall, castle yard, bouncy castle, enchanted castle, forecastle, knight's castle, sand castle
  • (andere) castle nut
Verwante begrippen
Spreekwoorden

[4] My home is my castle.

Uitdrukkingen en gezegden

[1] to build castles in the air

  • Wissels op de eeuwigheid trekken.

[1] to build castles in Spain

  • Wissels op de eeuwigheid trekken.

[1] castle in the air

  • Een luchtkasteel.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.