eigendomsbeker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eigendomsbeker    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ei·gen·doms·be·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eigendomsbeker eigendomsbekers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deeigendomsbekerm

  1. (sport) sporttrofee in de vorm van een beker die de winnaar in zijn bezit mag houden
     Deze bekers moesten tweemaal achtereen of driemaal in totaal gewonnen worden, wilden zij eigendom van de winnaar worden. Voor de eerste binnengekomen atleet in iedere groep werd een eigendomsbeker uitgeloofd, voor de tweede binnenkomer was een beeldje op voetstuk, voorstellende een hardloper, beschikbaar gesteld, terwijl voor de derde binnenkomer was een zilveren draagvoorwerp, voorstellende het wapen van Suriname, uitgeloofd.[2]
Hyperoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord eigendomsbeker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. eigendomsbeker op website: Etymologiebank.nl
  2. Weblink bron
    Ricky W. Stutgard
    “De eerste Surinaamse sportencyclopedie (1893-1988)” (1990), DBNL
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.