gaarder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gaarder    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɣardər/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • gaar·der
Woordherkomst en -opbouw
  • bn  gaar bn  met het achtervoegsel -der
  • zn van  garen ww  "verzamelen":  gaar ww  met het achtervoegsel -der

Bijvoeglijk naamwoord

gaarder

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van gaar
enkelvoud meervoud
naamwoord gaarder gaarders
verkleinwoord gaardertje gaardertjes

Zelfstandig naamwoord

degaarderm

  1. (verouderd) (beroep) persoon die accijnzen, pachten en/of belasting int
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • gaarderboek

Gangbaarheid

  • Het woord gaarder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
76 %van de Nederlanders;
63 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.