goudbes
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: goudbes (hulp, bestand)
Woordafbreking
- goud·bes
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van goud zn en bes zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | goudbes | goudbessen |
verkleinwoord | goudbesje | goudbesjes |
Zelfstandig naamwoord
de goudbes v / m
- (bloemplanten) Physalis peruviana een tot twee meter hoge, overblijvende, kruidachtige plant uit de nachtschadefamilie (Solanaceae ). De plant heeft breed vertakte zijscheuten. Het blad, de bloemsteel en de kelk zijn zacht behaard. De afwisselend geplaatste bladeren zijn 10-17 cm lang, groen en hartvormig, met gekartelde randen. De bloemen komen solitair uit de bladoksels en vertakkingen van stengels. De klokvormige kelk bestaat uit vijf driehoekige delen. Na de bloei vormt de kelk zich tot een omhulsel van de bes
- De goudbes komt oorspronkelijke uit de Andes, maar is al vanaf 1800 aan de Kaap gecultiveerd.
Synoniemen
- alkekenge, ananaskers, jodenkers, Kaapse kruisbes, lampionvrucht, Peruviaanse aardkers, physalis
Hyperoniemen
- lampionplant, nachtschadefamilie, zaadplanten, 'nieuwe' tweezaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten
Vertalingen
1. Physalis peruviana
Gangbaarheid
- Het woord 'goudbes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.