honderdachtenzestig

Nederlands

0168
honderdachtenzestig,
op een abacus
Uitspraak
  • Geluid:  honderdachtenzestig    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌhɔndərtˈɑxtənˌsɛstəx/ (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • hon·derd·acht·en·zes·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

honderdachtenzestig

  1. "168", het getal tussen honderdzevenenzestig en honderdnegenenzestig, honderd plus achtenzestig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen honderdachtenzestig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer honderdachtenzestig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

  • honderdachtenzestigste

hooftelwoorden samengesteld met "honderdachtenzestig" ht als linkerdeel

  • honderdachtenzestigduizend
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord honderdachtenzestig honderdachtenzestigs
verkleinwoord honderdachtenzestigje honderdachtenzestigjes

Zelfstandig naamwoord

dehonderdachtenzestigv/m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 168 is aangeduid
    • Als jij honderdachtenzestig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

dehonderdachtenzestigmv

  1. groep van 168 eenheden
    • Die honderdachtenzestig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'honderdachtenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.