jobsgeduld

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  jobsgeduld    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈjopsxəˌdʏlt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • jobs·ge·duld
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jobsgeduld
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetjobsgeduldo

  1. (figuurlijk) eindeloos groot geduld
     De paus volgt in grote lijnen de visie van kardinaal Jaime Ortega, leider van de Cubaanse katholieke kerk, die de laatste jaren met een jobsgeduld steeds meer concessies heeft weten af te dwingen bij president Raúl Castro, Fidels opvolger.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord jobsgeduld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
55 %van de Nederlanders;
44 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    ALLART HOEKZEMA
    “Vaticaan blijft aardig voor Castro” (31 maart 2012), de Volkskrant
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.