klof

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  klof    (hulp, bestand)
  • IPA: /klɔf/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • klof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klof -
verkleinwoord (kloffie) * (kloffies) *

Zelfstandig naamwoord

hetklofo

  1. (verouderd) nette bovenkleding
    «Die bink tippelt jofel in de klof[3]
    Die man is goed gekleed.
Synoniemen
Opmerkingen
  • Het verkleinwoord "kloffie" is nog wel gangbaar, maar dan als informele aanduiding van eenvoudige bovenkleding.

Gangbaarheid

  • Het woord 'klof' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. klof op website: Etymologiebank.nl
  3. Weblink bron
    J.G.M. Moormann (ed. Nicoline van der Sijs)
    “De geheimtalen.” (2002; oorspronkelijk 1934), L.J. Veen, Amsterdam / Antwerpen, ISBN 9020459457, p. 210
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.