kwets

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kwets    (hulp, bestand)
  • IPA: /kwɛts/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • kwets
Woordherkomst en -opbouw
  • van Duits Quetsche, in de betekenis van ‘pruim’ voor het eerst aangetroffen in 1758 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord kwets kwetsen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dekwetsv/m

  1. (bloemplanten) een ondersoort Prunus domestica ssp. domestica  van de pruim met kleine, langwerpige, blauwe, weinig sappige vruchten
  2. (fruit) vrucht van deze plant, een paarse kleine langwerpige pruim, met wat steviger vruchtvlees dan de gewone pruim (erg geschikt voor jam)
    (wikidata: kwets )
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • kwetsebei, kwetspruim
Vertalingen
   1. zie: pruim   

Werkwoord

vervoeging van
kwetsen

kwets

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwetsen
    • Ik kwets. 
  2. gebiedende wijs van kwetsen
    • Kwets! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwetsen
    • Kwets je? 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord kwets staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.