lay

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  lay (US)    (hulp, bestand)
enkelvoud meervoud
lay lays
Woordherkomst en -opbouw
  • [A] Van Oudfrans lai, mogelijk verde te herleiden tot een Keltische taal.[1]
  • [B] Substantivering van het werkwoord lay.[2]

Zelfstandig naamwoord

[A] lay

  1. (verouderd), (letterkunde) (middeleeuws) lied

[B] lay

  1. ligging, positie
  2. (informeel), (seksualiteit) iemand die seks heeft of daarvoor beschikbaar is, neuker/neukster

Werkwoord

vervoeging
onbepaalde wijs to  lay 
he/she/it  lays 
verleden tijd  laid 
voltooid
deelwoord		  laid 
onvoltooid
deelwoord		  laying 
gebiedende wijs  lay 

lay

  1. overgankelijk leggen, vlijen [1]
  2. overgankelijk installeren, plaatsen
  3. overgankelijk tot bedaren doen komen, bezweren [2]
  4. overgankelijk wedden

Werkwoord

lay

  1. verleden tijd van lie "liggen"

Haïtiaans Creools

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

lay

  1. (plantkunde) Allium sativum  knoflook
  1. ↑ lay (n.1), Online Etymology Dictionary
  2. ↑ lay (n.1), Online Etymology Dictionary
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.