lep

Niet te verwarren met: Lep

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lep    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lep

Werkwoord

vervoeging van
leppen

lep

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leppen
    • Ik lep. 
  2. gebiedende wijs van leppen
    • Lep! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leppen
    • Lep je? 

Gangbaarheid

  • Het woord lep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Pools

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *lě̑pъ

Zelfstandig naamwoord

lep monbezield

  1. vliegenstrip; strip om op te hangen, met een stof die kleeft die dodelijk is voor insecten
Verwante begrippen
  • lepić
  • lepiszcze
  • lepki
  • lepowy

Meer informatie


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /lɛp/
Woordafbreking
  • lep

Zelfstandig naamwoord

lep monbezield

  1. (spreektaal) lijm
Verbuiging
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • gumolep monbezield
  • tlamolep monbezield
Gelijkklinkende woorden
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • chytit koho na lep
  • dostat koho na lep
  • jít komu na lep
  • sednout komu na lep

Meer informatie

Verwijzingen

    Werkwoord

    lep

    1. informeel tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs van het imperfectieve werkwoord lepit
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.