lette

Niet te verwarren met: Lette

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lette    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • let·te

Werkwoord

vervoeging van
letten

lette

  1. enkelvoud verleden tijd van letten
    • Ik lette. 
    • Jij lette. 
    • Hij, zij, het lette. 
  2. aanvoegende wijs van letten
     Een complete tegenpool van deze ultra-lighter was Banjo die juist helemaal niet op gewicht lette.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord lette staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers

Deens

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈlεdə /
Woordafbreking
  • let·te
Woordherkomst en -opbouw
  • Werkwoord: Afleiding van het Deens bijvoeglijke naamwoord let
Naar frequentie 2845

Bijvoeglijk naamwoord

lette, g / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van let

lette, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van let
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lette
letter
lettede
lettet
volledig

Werkwoord

lette

  1. ontlasten, opluchten, verlichten
  2. verhelpen
  3. (luchtvaart) (vliegtuig) opstijgen
  4. (scheepvaart) (anker) hijsen, lichten
Afgeleide begrippen
  • [1]: lette sig
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lette     letten     letter     letterne  
genitief   lettes     lettens     letters     letternes  

Zelfstandig naamwoord

lette, g

Verwante begrippen

Verwijzingen

    Noors

    Uitspraak
    • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
    • IPA: / ˈletə /
    Woordafbreking
    • let·te
    Woordherkomst en -opbouw
    • Werkwoord: Afkomstig van het Oudnoordse woord  létta ww 
    • Zelfstandig naamwoord: Afkomstig van het Oudnoordse woord  létti zn 
    Naar frequentie 1606

    Bijvoeglijk naamwoord

    lette

    1. onbepaald enkelvoud stellende trap van lett
    Schrijfwijzen
    •  leita bn 
    •  leitede bn 
    •  leitete bn 
    •  leitte bn 

    lette

    1. bepaald stellende trap van lett
    Schrijfwijzen
    •  leita bn 
    •  leitede bn 
    •  leitete bn 
    •  leitte bn 

    Werkwoord

    lette

    1. aantonende wijs bedrijvende vorm van lete
    Schrijfwijzen
    vervoeging
    onbepaalde wijs lette
    tegenwoordige tijd letter
    verleden tijd letta
    lettet
    voltooid
    deelwoord
    letta
    lettet
    onvoltooid
    deelwoord
    lettende
    lijdende vorm lettes
    gebiedende wijs lett
    vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
    opmerking

    Werkwoord

    lette

    1. overgankelijk verlichten
      «Teknologien lettet arbeidet.»
      De technologie verlichtte de arbeid.
    2. overgankelijk lenigen, opluchten
      «Vi er veldig lettet i dag.»
      We zijn erg opgelucht vandaag.
    3. overgankelijk, (scheepvaart) (anker) hijsen, lichten
    4. overgankelijk(hut) optillen
    5. onovergankelijk opstijgen
      «Flyet lettet
      Het vliegtuig steeg op.
    6. onovergankelijk, (meteorologie) (wolken, mist) afnemen, (weer) opknappen
      «Tåken letter
      De mist neemt af.
    Synoniemen
    • [1]: befri
    • [3]: løfte
    • [5]: klarne opp
    • [6]: avta
    Hyperoniemen
    Afgeleide begrippen
    • lette på
    • lette på seg
      enkelvoud meervoud
    onbepaald bepaald onbepaald bepaald
    nominatief   lette     letten     letter     lettene  
    genitief   lettes     lettens     letters     lettenes  

    Zelfstandig naamwoord

    lette, m

    1. bijstand, hulp, ondersteuning
      «Hjelpen kom som en stor lette for dem.»
      Hulp kwam als een groot opluchting voor hen.
    2. opluchting, verademing
    3. verlichting, verzachting
    Schrijfwijzen
    • [2]: lettelse
    Afgeleide begrippen
    • [2]: skattelette

    Nynorsk

    Uitspraak
    • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
    • IPA: / ˈletə /
    Woordafbreking
    • let·te
    Woordherkomst en -opbouw
    • Werkwoord: Afkomstig van het Oudnoorse woord létta
    • Zelfstandig naamwoord: Afkomstig van het Oudnoorse woord létti
    vervoeging
    onbepaalde wijs lette
    letta
    tegenwoordige tijd lettar
    verleden tijd letta
    voltooid
    deelwoord
    letta
    onvoltooid
    deelwoord
    lettande
    lijdende vorm lettast
    gebiedende wijs lett
    letta
    lette
    vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
    opmerking

    Werkwoord

    lette

    1. overgankelijk verlichten
    2. overgankelijk lenigen
    3. overgankelijk, (scheepvaart) (anker) opgaan
    4. overgankelijk (hut) optillen
    5. onovergankelijk opstijgen
    6. onovergankelijk, (meteorologie) (wolken, mist) afnemen, (weer) opknappen
    Hyperoniemen
    Synoniemen
    • [3]: lyfte
    • [5]: klarne opp
    • [6]: avta
    Afgeleide begrippen
    • lette oppunder
    • lette på
    • lette på seg
      enkelvoud meervoud
    onbepaald bepaald onbepaald bepaald
    nominatief   lette     letten     lettar     lettane  

    Zelfstandig naamwoord

    lette, m

    1. opluchting
      «Hjelpa kom som ein stor lette for dei.»
      Hulp kwam als een groot opluchting voor hen.
    Afgeleide begrippen
    • skattelette
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.