meid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  meid    (hulp, bestand)
  • IPA: /mɛi̯t/
Woordafbreking
  • meid
Woordherkomst en -opbouw
  • van Middelnederlands meit, door palatalisering van de -g- ontstaan uit meget /maget "maagd", in de betekenis van ‘jong meisje’ voor het eerst aangetroffen in 1488 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord meid meiden
verkleinwoord meidje
(meisje)
meidjes
(meisjes)

Zelfstandig naamwoord

demeidv

  1. (informeel) jonge vrouw
    • Die meiden hadden weer eens een hoop lol. 
  2. (verouderd) werkster, dienstmeisje
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord meid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.