mijt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mijt    (hulp, bestand)
  • IPA: /mɛit/ (1 lettergreep)
Gelijkklinkende woorden
Woordafbreking
  • mijt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mijt mijten
verkleinwoord mijtje mijtjes

Zelfstandig naamwoord

demijtv/m

  1. (spinachtigen) benaming voor dieren uit de superorde Acariformes  kleine geleedpotige, overwegend parasitisch levende diertjes
  2. (landbouw) opgestapelde hoop hooi, stro, takkenbossen en dergelijke
  3. (numismatiek) (verouderd) muntje met de waarde van een achtenveertigste van een stuiver
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • aardbeimijt
  • aardmijt
  • ananasmijt
  • appelmijt
  • balgmijt
  • bijenmijt
  • bloedmijt
  • fluweelmijt
  • fruitmijt
  • galmijt
  • graanmijt
  • haarbalgmijt
  • haarfollikelmijt
  • haarwortelmijt
  • havermijt
  • herfstmijt
  • kippenmijt
  • korenmijt
  • luismijt
  • narcismijt
  • oogstmijt
  • oormijt
  • plantenmijt
  • puistmijt
  • rietmijt
Afgeleide begrippen
  • mijtenkoorts, mijtziekte
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
mijten

mijt

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van mijten
  2. gebiedende wijs van mijten

Gangbaarheid

  • Het woord mijt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[7]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.