nagelkruid
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: nagelkruid (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- na·gel·kruid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van nagel en kruid zn
- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nagelkruid | nagelkruiden |
verkleinwoord | nagelkruidje | nagelkruidjes |
Zelfstandig naamwoord
het nagelkruid o [2]
- (bloemplanten) een geslacht Geum van ongeveer vijftig soorten kruidachtige planten uit de rozenfamilie. Het geslacht is nauw verwant aan Potentilla en Fragaria . De planten zijn inheems in Europa, Noord-Afrika en West-Azië , en ingeburgerd op enkele plaatsen in Nieuw-Zeeland, Australië en Noord-Amerika. De planten hebben in het algemeen stevige wortelstokken en een rozet van wortelbladeren
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'nagelkruid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] nagelkruid in het Nederlands Soortenregister N
- [1] nagelkruid op Wikidata
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.